Woonlandschappen
Zelfvoorzienende woonlandschappen als hefboom voor natuurontwikkeling
Nederland kent een groot tekort aan woningen, de biodiversiteit staat onder druk en de landbouw moet veranderen. Tegelijkertijd groeit het verzet tegen buitenstedelijke grootschalige woningbouw. Studio Marco Vermeulen laat echter zien dat zorgvuldig ontwerp van natuurinclusieve, collectieve woonvormen op gronden die nu voor veeteelt worden gebruikt, juist zorgt voor natuurontwikkeling.
In Nederland strijden stad, natuur en landbouw om kostbare ruimte. Er is een tekort aan woningen, de biodiversiteit staat onder druk en de landbouw moet veranderen. Is het mogelijk om deze opgaves te combineren? Een gezondere, duurzamere en socialere leefomgeving, gebouwd met natuurlijke materialen uit de omgeving?
Wat moet er naar aanleiding van jullie onderzoek anders rondom wonen?
Het is de hoogste tijd om anders naar wonen te kijken. Niet langer als noodzakelijk kwaad dat alleen maar ten koste van het landschap en de natuur gaat. Maar juist als hefboom voor de ontwikkeling van natuur en landschap.
Nederland staat aan de vooravond van een grote verbouwing van het landschap en de steden. De landbouw zal moeten veranderen om de sterke afname van biodiversiteit te kunnen keren. Tegelijkertijd zijn we op zoek naar ruimte om te kunnen wonen, het liefst in een groene, gezonde omgeving. Kunnen we deze opgaven met elkaar verbinden? Kan een deel van de agrarische gronden worden getransformeerd tot woonlandschappen waar natuur, voedselproductie en wonen elkaar versterken in plaats van beconcurreren? Waar bewoners samen zorgdragen voor hun voedsel, energie en water? En er tegelijkertijd veel ruimte is voor nieuwe natuur? Kunnen we buurtboerderijen creëren waar agrariërs opnieuw een rol hebben in nauw contact met consumenten?
Het samenbrengen van deze opgaves vraagt om fundamenteel andere, meer integrale, holistische verstedelijkingsmodellen. Natuurinclusieve, zelfvoorzienende volkshuisvesting, hoe ziet dat eruit? Hoe groot zijn gemeenschappen met een sterke sociale cohesie; waar mensen op elkaar kunnen rekenen en niet vereenzamen? Wat is de bijbehorende voedselbehoefte en hoeveel ruimtebeslag heeft dat? Hoe kunnen de woningen betaalbaar blijven, zodat deze manier van wonen voor iedereen bereikbaar is? Kunnen de woningen ook gemaakt worden met natuurlijke materialen die groeien in de omgeving? Waardoor ze ook architecturaal geworteld zijn in het landschap?
Wat stellen jullie voor in het project om dat aan te pakken?
We willen een alternatief model voor verstedelijking ontwikkelen, waarbij voedsel en natuur niet op afstand staan, maar onderdeel zijn van onze leefomgeving. Dat betekent ook dat in principe iedereen hier zou moeten kunnen wonen. Betaalbaarheid en inclusiviteit staan voorop. We zien het ook als een verstedelijkingsmodel dat de bewoners weerbaar maakt voor onvoorspelbare situaties in roerige tijden. Hier wonen betekent altijd toegang hebben tot gezond voedsel, schoon drinkwater en duurzame energie.
In het eerste deel van het ontwerpend onderzoek naar woonlandschappen hebben we onderzocht wat de belangrijkste ruimtelijke eigenschappen en parameters zijn. We hebben ook voorbeelden onderzocht van combinaties van wonen, landbouw en natuur. Op kleine schaal zijn daar mooie voorbeelden van in de vorm van ecovillages, kibboets, victory gardens of agrihoods. Voorbeelden op grotere schaal zijn er nauwelijks of alleen op papier. Vervolgens hebben we een prototype ontworpen op een concrete locatie voor een concrete opdrachtgever. In dit tweede deel willen we de hierbij verworven inzichten, benutten om uit te zoomen en op te schalen. Welke uitdagingen komen we daarbij tegen, bijvoorbeeld met betrekking tot voorzieningen en mobiliteit? En hoe verhoudt dit ideaaltype zich tot de bestaande stad en het bestaande landschap? Wat zijn ruimtelijke varianten op basis van dezelfde uitgangspunten?
Wat voor impact zou dat hebben?
We denken dat overtuigende ontwerpen en beelden van een natuurinclusieve, zelfvoorzienende volkshuisvesting kunnen inspireren en daarmee bijdragen aan het debat over de toekomstige inrichting van Nederland. Verdichting van de bestaande steden wordt vaak aangedragen als enige oplossing voor veel van de uitdagingen van deze tijd, zoals klimaatverandering en verlies van biodiversiteit. Daarmee zouden we onze footprint en impact op het meer natuurlijke buitengebied zo klein mogelijk kunnen houden. Maar met de groei van steden is ook de afstand gegroeid tot dat buitengebied en we hebben meestal nauwelijks een idee van wat daar eigenlijk plaatsvindt. Die onwetendheid en soms onverschilligheid heeft geleid tot landschappelijke kaalslag en ecologische armoede in het groen dat we denken te beschermen.
Dit ontwerpend onderzoek is geslaagd als het debat over de inrichting van Nederland wordt verrijkt met scenario’s waarbij wonen, natuur en voedselproductie samengaan. Hopelijk wordt woonlandschappen een begrip dat synoniem staat voor natuur- en landbouwinclusieve stedenbouw.
Wat moet er naar aanleiding van jullie onderzoek anders rondom wonen?
Het is de hoogste tijd om anders naar wonen te kijken. Niet langer als noodzakelijk kwaad dat alleen maar ten koste van het landschap en de natuur gaat. Maar juist als hefboom voor de ontwikkeling van natuur en landschap.
Nederland staat aan de vooravond van een grote verbouwing van het landschap en de steden. De landbouw zal moeten veranderen om de sterke afname van biodiversiteit te kunnen keren. Tegelijkertijd zijn we op zoek naar ruimte om te kunnen wonen, het liefst in een groene, gezonde omgeving. Kunnen we deze opgaven met elkaar verbinden? Kan een deel van de agrarische gronden worden getransformeerd tot woonlandschappen waar natuur, voedselproductie en wonen elkaar versterken in plaats van beconcurreren? Waar bewoners samen zorgdragen voor hun voedsel, energie en water? En er tegelijkertijd veel ruimte is voor nieuwe natuur? Kunnen we buurtboerderijen creëren waar agrariërs opnieuw een rol hebben in nauw contact met consumenten?
Het samenbrengen van deze opgaves vraagt om fundamenteel andere, meer integrale, holistische verstedelijkingsmodellen. Natuurinclusieve, zelfvoorzienende volkshuisvesting, hoe ziet dat eruit? Hoe groot zijn gemeenschappen met een sterke sociale cohesie; waar mensen op elkaar kunnen rekenen en niet vereenzamen? Wat is de bijbehorende voedselbehoefte en hoeveel ruimtebeslag heeft dat? Hoe kunnen de woningen betaalbaar blijven, zodat deze manier van wonen voor iedereen bereikbaar is? Kunnen de woningen ook gemaakt worden met natuurlijke materialen die groeien in de omgeving? Waardoor ze ook architecturaal geworteld zijn in het landschap?
Wat stellen jullie voor in het project om dat aan te pakken?
We willen een alternatief model voor verstedelijking ontwikkelen, waarbij voedsel en natuur niet op afstand staan, maar onderdeel zijn van onze leefomgeving. Dat betekent ook dat in principe iedereen hier zou moeten kunnen wonen. Betaalbaarheid en inclusiviteit staan voorop. We zien het ook als een verstedelijkingsmodel dat de bewoners weerbaar maakt voor onvoorspelbare situaties in roerige tijden. Hier wonen betekent altijd toegang hebben tot gezond voedsel, schoon drinkwater en duurzame energie.
In het eerste deel van het ontwerpend onderzoek naar woonlandschappen hebben we onderzocht wat de belangrijkste ruimtelijke eigenschappen en parameters zijn. We hebben ook voorbeelden onderzocht van combinaties van wonen, landbouw en natuur. Op kleine schaal zijn daar mooie voorbeelden van in de vorm van ecovillages, kibboets, victory gardens of agrihoods. Voorbeelden op grotere schaal zijn er nauwelijks of alleen op papier. Vervolgens hebben we een prototype ontworpen op een concrete locatie voor een concrete opdrachtgever. In dit tweede deel willen we de hierbij verworven inzichten, benutten om uit te zoomen en op te schalen. Welke uitdagingen komen we daarbij tegen, bijvoorbeeld met betrekking tot voorzieningen en mobiliteit? En hoe verhoudt dit ideaaltype zich tot de bestaande stad en het bestaande landschap? Wat zijn ruimtelijke varianten op basis van dezelfde uitgangspunten?
Wat voor impact zou dat hebben?
We denken dat overtuigende ontwerpen en beelden van een natuurinclusieve, zelfvoorzienende volkshuisvesting kunnen inspireren en daarmee bijdragen aan het debat over de toekomstige inrichting van Nederland. Verdichting van de bestaande steden wordt vaak aangedragen als enige oplossing voor veel van de uitdagingen van deze tijd, zoals klimaatverandering en verlies van biodiversiteit. Daarmee zouden we onze footprint en impact op het meer natuurlijke buitengebied zo klein mogelijk kunnen houden. Maar met de groei van steden is ook de afstand gegroeid tot dat buitengebied en we hebben meestal nauwelijks een idee van wat daar eigenlijk plaatsvindt. Die onwetendheid en soms onverschilligheid heeft geleid tot landschappelijke kaalslag en ecologische armoede in het groen dat we denken te beschermen.
Dit ontwerpend onderzoek is geslaagd als het debat over de inrichting van Nederland wordt verrijkt met scenario’s waarbij wonen, natuur en voedselproductie samengaan. Hopelijk wordt woonlandschappen een begrip dat synoniem staat voor natuur- en landbouwinclusieve stedenbouw.
Meer informatie en kom in contact met Studio Marco Vermeulen
Locatie: Eindhoven
Ontwerper: Studio Marco Vermeulen
Stakeholders: VDL en Gemeente Eindhoven
Locatie: Eindhoven
Ontwerper: Studio Marco Vermeulen
Stakeholders: VDL en Gemeente Eindhoven