Crossing borders – door anders te werken aan wonen
De daadwerkelijke meerwaarde van gemengde woon-werkbuurten bevragen
Binnenstedelijke bedrijventerreinen zijn veelal verrommelde en veronachtzaamde gebieden, die tegelijkertijd de potentie hebben om gradueel te ontwikkelen tot gevarieerde stadsbuurten waarin ook met plezier gewoond wordt. VOIDS en Endeavour stellen deze potentie op scherp met workshops waarin ook de moeilijke vragen aan bod komen: hoe worden deze buurten een goed functionerend stuk stad, voor bewoners en voor ondernemers?
Wat moet er naar aanleiding van jullie onderzoek anders rondom wonen?
In de huidige woonopgave leggen overheid en ontwikkelaars veel nadruk op het aantal woningen dat moet worden bijgebouwd. Dit gaat vaak ten koste van bedrijvigheid in een gebied. In dit onderzoek is daarom gekeken naar mogelijke oplossingen om woningen te realiseren op bedrijfsterreinen, zodat beide problematieken worden ondervangen en wonen en werken gecombineerd kunnen worden. Het gaat hierbij niet alleen om het aantal woningen, maar vooral om hoe wonen en werken op een betere manier gecombineerd kunnen worden.
Wat stellen jullie voor in het project om dat aan te pakken?
Gebleken uit ons project is dat er niet één helder antwoord is. Er zijn vele verschillende interventies mogelijk en elke locatie vergt een ander antwoord. Wij hebben verschillende referenties onderzocht om aan te tonen dat op verschillende wijzen aan deze opgave gewerkt kan worden. Het gevolg hiervan is dat er op elke locatie een heel specifiek resultaat wordt behaald omdat elke locatie een eigen set aan eigenschappen heeft.
Wat voor impact zou dat hebben?
Een voorbeeld hiervan is dat we de ontwikkeling van het havenkwartier in Deventer en Antwerpen hebben vergeleken. Het verschil tussen deze twee locaties is dat in Antwerpen sterke interventies werden gepleegd door een semi-overheidsorganisatie. Zij namen veel regie in de gebiedsontwikkeling en stuurden strak aan om ambities, zoals vergroening en de combinatie van wonen en werken, te realiseren. Dit leidde er enerzijds toe dat veel doelen werden bereikt, maar anderzijds resulteerde het in een formele, strak gereguleerde ontwikkeling.
In Deventer daarentegen werd veel vrijheid geboden aan initiatiefnemers, met slechts een paar regels om rekening mee te houden. Dit zorgde voor een meer informele vorm van wonen en werken, bijvoorbeeld van een atelier aan huis of een werkplaats waar ook gewoond kan worden. De focus lag hier op het creëren van een interessant woonmilieu. Hierdoor kreeg de openbare ruimte minder aandacht, wat bijvoorbeeld zichtbaar werd in de beperkte sturing op veiligheid. De aanwezigheid van busjes en het tekort aan parkeerplekken zijn hier voorbeelden van.
Elke aanpak en locatie heeft dus zijn eigen specifieke voor- en nadelen als het gaat om de combinatie van wonen en werken. Er is geen gouden regel, en het is een illusie om te denken dat alles volledig georganiseerd of iedereen tevreden kan stellen Wat wel kan, is dat je vanuit heel specifieke ambities op verschillende manieren tot unieke oplossingen komt voor diverse locaties.
In de huidige woonopgave leggen overheid en ontwikkelaars veel nadruk op het aantal woningen dat moet worden bijgebouwd. Dit gaat vaak ten koste van bedrijvigheid in een gebied. In dit onderzoek is daarom gekeken naar mogelijke oplossingen om woningen te realiseren op bedrijfsterreinen, zodat beide problematieken worden ondervangen en wonen en werken gecombineerd kunnen worden. Het gaat hierbij niet alleen om het aantal woningen, maar vooral om hoe wonen en werken op een betere manier gecombineerd kunnen worden.
Wat stellen jullie voor in het project om dat aan te pakken?
Gebleken uit ons project is dat er niet één helder antwoord is. Er zijn vele verschillende interventies mogelijk en elke locatie vergt een ander antwoord. Wij hebben verschillende referenties onderzocht om aan te tonen dat op verschillende wijzen aan deze opgave gewerkt kan worden. Het gevolg hiervan is dat er op elke locatie een heel specifiek resultaat wordt behaald omdat elke locatie een eigen set aan eigenschappen heeft.
Wat voor impact zou dat hebben?
Een voorbeeld hiervan is dat we de ontwikkeling van het havenkwartier in Deventer en Antwerpen hebben vergeleken. Het verschil tussen deze twee locaties is dat in Antwerpen sterke interventies werden gepleegd door een semi-overheidsorganisatie. Zij namen veel regie in de gebiedsontwikkeling en stuurden strak aan om ambities, zoals vergroening en de combinatie van wonen en werken, te realiseren. Dit leidde er enerzijds toe dat veel doelen werden bereikt, maar anderzijds resulteerde het in een formele, strak gereguleerde ontwikkeling.
In Deventer daarentegen werd veel vrijheid geboden aan initiatiefnemers, met slechts een paar regels om rekening mee te houden. Dit zorgde voor een meer informele vorm van wonen en werken, bijvoorbeeld van een atelier aan huis of een werkplaats waar ook gewoond kan worden. De focus lag hier op het creëren van een interessant woonmilieu. Hierdoor kreeg de openbare ruimte minder aandacht, wat bijvoorbeeld zichtbaar werd in de beperkte sturing op veiligheid. De aanwezigheid van busjes en het tekort aan parkeerplekken zijn hier voorbeelden van.
Elke aanpak en locatie heeft dus zijn eigen specifieke voor- en nadelen als het gaat om de combinatie van wonen en werken. Er is geen gouden regel, en het is een illusie om te denken dat alles volledig georganiseerd of iedereen tevreden kan stellen Wat wel kan, is dat je vanuit heel specifieke ambities op verschillende manieren tot unieke oplossingen komt voor diverse locaties.
Meer informatie en kom in contact met VOIDS en Endeavour
Ontwerpers: VOIDS en Endeavour
Stakeholders: Gemeente Rotterdam, BPD, Havensteder, AG Vespa, Stad Aalst, Keilecollectief, Stadsform, Pakhuis de Zwijger
Ontwerpers: VOIDS en Endeavour
Stakeholders: Gemeente Rotterdam, BPD, Havensteder, AG Vespa, Stad Aalst, Keilecollectief, Stadsform, Pakhuis de Zwijger