Introductie: Vitale steden en dorpen
Nederland staat voor grote maatschappelijke opgaven die op lokaal en regionaal niveau ruimtelijke implicaties hebben. Denk aan de bouw van een miljoen woningen, de inzet op levensloopbestendige en gemengde wijken, het stimuleren en versnellen van duurzame mobiliteit, en het anticiperen op en benutten van de snel veranderende logistiek. De aanpak van deze opgaven zal onze leefomgeving ingrijpend veranderen en is daarmee een belangrijk ontwerpvraagstuk.
opgaven voor stad en dorp
Onze steden zijn economische en culturele centra, de plekken waar ontmoetingen plaatsvinden die nodig zijn voor het uitwisselen van ideeën, en daarmee voor innovaties. Samen met omliggende steden en dorpen vormen ze steeds grotere en sterkere netwerken met een enorme aantrekkingskracht. In Nederland, waar we met elkaar hebben afgesproken dat we de landschappen tussen onze steden en dorpen willen sparen, betekent groei verdichting: het stapelen van functies, meervoudig ruimtegebruik, ofwel meer activiteit op hetzelfde oppervlak. Dat is goed voor de kruisbestuiving en interactie, maar het vraagt wel om slimme keuzes in de ruimtelijke inrichting, want niet alleen de woningbouwopgave, maar ook opgaven zoals bereikbaarheid, distributie van goederen en opgaven op het gebied van klimaat en energie zullen een plek moeten krijgen.
Deze en andere opgaven spelen uiteraard ook in plattelandsgemeenten. Waar sommige dorpen een fikse toename aan inwoners kunnen verwachten, doordat een deel van de nationale woningbouwopgave hier landt, ondervinden andere dorpen de negatieve gevolgen van de landelijke krimp- en vergrijzingstrend. Door een gebrek aan werkgelegenheid en woonruimte trekken jongeren uit deze dorpen weg. Een vicieuze cirkel waarin het draagvlak voor voorzieningen, maar ook vervoer, steeds verder afbrokkelt, met directe gevolgen voor nabijheid en bereikbaarheid.
De uitdagingen die op steden en dorpen afkomen zijn daarmee dus niet alleen ruimtelijk, maar ook sociaalmaatschappelijk en economisch van aard. Hoe zorgen we er bijvoorbeeld voor dat alle groepen in onze samenleving een stem en een plek krijgen en aangehaakt blijven op sociale netwerken? Hoe maken we in de toekomst onze binnensteden en dorpscentra, die nu worden gedomineerd door horeca, winkels en vertier, tot gemengde gebieden waar verschillende functies elkaar kunnen versterken en ontlasten? Waarbij werkgelegenheid, productie en diensten niet naar de randen van stad en dorp worden geduwd? Welke belangen spelen daarbij een rol en hoe komen die samen?
ontwerpend onderzoek
Ontwerpend onderzoek is een instrument dat in Nederland al enige decennia wordt gebruikt, maar momenteel snel aan draagvlak wint. Het is een co-creatieve werkwijze gericht op de ontwikkeling van ruimtelijke visies en ontwerpvoorstellen voor complexe ruimtelijke vraagstukken. Ontwerpend onderzoek brengt de kennis van de betrokken partijen uit een gebied bij elkaar, helpt bij het scherpstellen van opgaven, het inzichtelijk maken, afwegen en verbinden van belangen, het organiseren van draagvlak en het initiëren van nieuwe samenwerkingen. Zo ontstaat er ruimte om te komen tot integrale toekomstperspectieven, handelingsperspectieven en handvatten voor beleidsvorming bij overheden en marktpartijen. Het stelt betrokken partijen in staat buiten de eigen kaders te denken en zo tot een meer integrale aanpak te komen.
Binnen de Open Oproep Vitale steden en dorpen werkten 53 transdisciplinaire teams, bestaand uit ontwerpers, verschillende overheden, (semi) publieke organisaties – zoals gemeenten, provincies en woningbouwcorporaties, maar ook burgers en marktpartijen-, in korte ontwerpend onderzoekstrajecten van circa vier maanden aan nieuwe visies voor de steden en dorpen waarin wij leven.
toekomstscenario’s voor stad en dorp
De 53 lokale en regionale projecten laten een brede waaier zien van thema’s rondom verdichting, binnenstedelijke functiemenging, het activeren van openbare ruimte en sociale vraagstukken die in onze steden en dorpen spelen. De ontwerpteams, die konden putten uit lokale kennis en expertise van tal van deelnemende partijen, hebben gewerkt aan toekomstscenario’s, bouwstenen, methodes en processen die helpen om duurzame toekomsten voor deze plekken zichtbaar en voorstelbaar te maken. Wat opvalt is dat veel van de oplossingen ook op andere plekken toepasbaar zijn, maar vaak ook schaalbaar, wat betekent dat zij ook een ‘haakje’ hebben met regionale, nationale en mondiale systemen: de oplossingen op het laagste schaalniveau dienen als opstap naar veranderingengen op de hogere schalen. Naast de visies hebben de ontwerpteams ook de weg uitgestippeld, die de betrokken gemeenten en andere (semi)publieke partijen zouden kunnen bewandelen om de innovatieve ideeën te realiseren.
Onze steden zijn economische en culturele centra, de plekken waar ontmoetingen plaatsvinden die nodig zijn voor het uitwisselen van ideeën, en daarmee voor innovaties. Samen met omliggende steden en dorpen vormen ze steeds grotere en sterkere netwerken met een enorme aantrekkingskracht. In Nederland, waar we met elkaar hebben afgesproken dat we de landschappen tussen onze steden en dorpen willen sparen, betekent groei verdichting: het stapelen van functies, meervoudig ruimtegebruik, ofwel meer activiteit op hetzelfde oppervlak. Dat is goed voor de kruisbestuiving en interactie, maar het vraagt wel om slimme keuzes in de ruimtelijke inrichting, want niet alleen de woningbouwopgave, maar ook opgaven zoals bereikbaarheid, distributie van goederen en opgaven op het gebied van klimaat en energie zullen een plek moeten krijgen.
Deze en andere opgaven spelen uiteraard ook in plattelandsgemeenten. Waar sommige dorpen een fikse toename aan inwoners kunnen verwachten, doordat een deel van de nationale woningbouwopgave hier landt, ondervinden andere dorpen de negatieve gevolgen van de landelijke krimp- en vergrijzingstrend. Door een gebrek aan werkgelegenheid en woonruimte trekken jongeren uit deze dorpen weg. Een vicieuze cirkel waarin het draagvlak voor voorzieningen, maar ook vervoer, steeds verder afbrokkelt, met directe gevolgen voor nabijheid en bereikbaarheid.
De uitdagingen die op steden en dorpen afkomen zijn daarmee dus niet alleen ruimtelijk, maar ook sociaalmaatschappelijk en economisch van aard. Hoe zorgen we er bijvoorbeeld voor dat alle groepen in onze samenleving een stem en een plek krijgen en aangehaakt blijven op sociale netwerken? Hoe maken we in de toekomst onze binnensteden en dorpscentra, die nu worden gedomineerd door horeca, winkels en vertier, tot gemengde gebieden waar verschillende functies elkaar kunnen versterken en ontlasten? Waarbij werkgelegenheid, productie en diensten niet naar de randen van stad en dorp worden geduwd? Welke belangen spelen daarbij een rol en hoe komen die samen?
ontwerpend onderzoek
Ontwerpend onderzoek is een instrument dat in Nederland al enige decennia wordt gebruikt, maar momenteel snel aan draagvlak wint. Het is een co-creatieve werkwijze gericht op de ontwikkeling van ruimtelijke visies en ontwerpvoorstellen voor complexe ruimtelijke vraagstukken. Ontwerpend onderzoek brengt de kennis van de betrokken partijen uit een gebied bij elkaar, helpt bij het scherpstellen van opgaven, het inzichtelijk maken, afwegen en verbinden van belangen, het organiseren van draagvlak en het initiëren van nieuwe samenwerkingen. Zo ontstaat er ruimte om te komen tot integrale toekomstperspectieven, handelingsperspectieven en handvatten voor beleidsvorming bij overheden en marktpartijen. Het stelt betrokken partijen in staat buiten de eigen kaders te denken en zo tot een meer integrale aanpak te komen.
Binnen de Open Oproep Vitale steden en dorpen werkten 53 transdisciplinaire teams, bestaand uit ontwerpers, verschillende overheden, (semi) publieke organisaties – zoals gemeenten, provincies en woningbouwcorporaties, maar ook burgers en marktpartijen-, in korte ontwerpend onderzoekstrajecten van circa vier maanden aan nieuwe visies voor de steden en dorpen waarin wij leven.
toekomstscenario’s voor stad en dorp
De 53 lokale en regionale projecten laten een brede waaier zien van thema’s rondom verdichting, binnenstedelijke functiemenging, het activeren van openbare ruimte en sociale vraagstukken die in onze steden en dorpen spelen. De ontwerpteams, die konden putten uit lokale kennis en expertise van tal van deelnemende partijen, hebben gewerkt aan toekomstscenario’s, bouwstenen, methodes en processen die helpen om duurzame toekomsten voor deze plekken zichtbaar en voorstelbaar te maken. Wat opvalt is dat veel van de oplossingen ook op andere plekken toepasbaar zijn, maar vaak ook schaalbaar, wat betekent dat zij ook een ‘haakje’ hebben met regionale, nationale en mondiale systemen: de oplossingen op het laagste schaalniveau dienen als opstap naar veranderingengen op de hogere schalen. Naast de visies hebben de ontwerpteams ook de weg uitgestippeld, die de betrokken gemeenten en andere (semi)publieke partijen zouden kunnen bewandelen om de innovatieve ideeën te realiseren.